Hemelvaartsdag 1983 werd rampdag
Plotselinge weersomslag leidt altijd tot inzet reddingboten KNRM
Donderdag 12 mei 1983 was een zwarte dag voor de Nederlandse watersport. Tientallen zeiljachten, motorboten en surfers kwamen in moeilijkheden door plotseling opkomend noodweer. Aan het eind van de dag waren tien doden te betreuren onder watersporters, vooral op het IJsselmeer. Het is de daarmee de dodelijkste watersportdag ooit. Soortgelijke plotselinge zomerstormen, die vaak van zuidwest naar noordoost over Nederland trekken, vonden ook plaats op 7 juni 1997 en 28 mei 2000. Bij alle plotselinge weersomslagen blijkt dat veel watersporters zich op de dag laten verrassen en niet in de gaten hebben dat het weer verandert.
De storm op 12 mei 1983 kwam zelfs voor de meteorologen van het KNMI als grote verrassing. De dag ervoor was het weerbericht niet verontrustend. Hemelvaartsdag 1983 zou beginnen met opklaringen, in de loop van de dag werd meer bewolking en een enkele bui verwacht. Hierbij zou het zo’n 14 graden worden met een matige zuidenwind. Er was dus geen enkele reden om niet het water op te gaan…
De realiteit zou heel anders worden. In de loop van de ochtend zag het KNMI een kleine storing vanuit het zuidwesten op ons land afkomen. Als snel daarna bleek uit de waarnemingen dat zich hierin een zware storm ontwikkelde. Meteen werden waarschuwingen uitgegeven, maar voor de meeste watersporters kwamen die te laat.
De storm stak opeens op en duurde ongeveer twee uur. Het hoogtepunt van de storm was rond 13.00 uur. In Zeeland en langs de westkust waaide het gemiddeld windkracht 9, maar over een wat kortere periode was er in deze regio’s tijdelijk een zware west-zuidwesterstorm, windkracht 10. In Cadzand werd, gemiddeld over tien minuten, zelfs maximaal windkracht 11 gemeten en een windstoot van 133 kilometer per uur. In IJmuiden kwam de windmeter tot een maximale vlaag van 131 km/u.
De chaos was compleet. Automobilisten met caravans waaiden van de weg, terwijl fietsers en voetgangers moesten uitkijken voor vallende takken en bomen. Op het water hadden alle watersporters problemen om veilig een haven te vinden. Uit de rapportages van de reddingstations en nieuwsdiensten is het volgende beeld te schetsen:
Van Cadzand naar het noorden
De reddingboot Tuimelaar voer om 11.40 uur al uit voor gesignaleerde vuurpijlen. De wind was toen zuid, windkracht 5 tot 6. Het jacht bleek op eigen kracht Zeebrugge te zijn binnengelopen. Ondertussen wakkerde de wind aan tot orkaankracht. Terugkeren naar Cadzand was voor de lichte, zeven meter lange reddingboot van de Atlanticklasse onmogelijk en levensgevaarlijk. Voor wind en zee uit wilde de bemanning beschutting zoeken op de Oosterschelde. Onderweg werd nog hulp gevraagd voor een jacht bij Westkapelle, maar de omstandigheden waren te slecht voor de Tuimelaar om te helpen. Om 14.30 uur meerde de reddingboot af in Zierikzee en na bijgetankt te zijn keerde ze bij minder wind uiteindelijk om 21.30 uur terug in Cadzand.
Van Burghsluis voer de reddingboot President Jan Lels uit voor surfers bij Renesse en voor een jacht dat nabij Noord-Beveland was gekapseisd. Eén opvarende was gered door een schip van Rijkswaterstaat. Een 30-jarige tweede opvarende werd vermist. Ondanks lang zoeken werd hij pas dagen later levenloos aangetroffen.
De reddingboot Griend uit Ouddorp voer om 13.12 uur uit voor surfers in problemen aan de zeezijde van de Brouwersdam. De wind haalde in één keer aan van 6 naar 11 Beaufort. Het zicht was bij vlagen 25 meter. Toch werd nabij de lanceerplaats een surfer gevonden en in zorgwekkende toestand aan wal gebracht. Vervolgens moest de boot worden gelanceerd aan de binnenzijde van de dam om drie opvarenden van een gekapseisd zeiljacht te helpen. De reddingboot voer van melding naar melding en kwam rond 17.00 uur terug in Ouddorp.
De Stellendamse bemanning van de reddingboot Zeemanspot was uit voorzorg aan boord gegaan en hoorde daar over de marifoon een vrouw in paniek om hulp roepen. Het waaide met orkaankracht toen de reddingboot het jacht, nabij de Haringvlietsluizen onderschepte. Volle kracht varend wisten ze te voorkomen dat het jacht, onder vol zeil, zou kapseizen. Het lukte om het jacht en de drie opvarenden veilig binnen te brengen. Direct daarna werd uitgevaren om een sportvisboot met twee vissers binnen te brengen. In het Volkerak, buiten bereik van de reddingstations, sloeg een 43-jarige opvarende overboord en verdronk.
Het IJsselmeer eist zijn tol
Op het IJsselmeer kwamen de meeste schepen in nood. Alle reddingstations kwamen in actie, maar konden niet voorkomen dat acht mensen verdronken. De hele dag waren de reddingboten op het water en wisten tientallen mensen te redden.
De reddingboot Knokkels haalde verschillende surfers en zeiljachten van het IJsselmeer. Op veel plaatsen raakten jachten aan lagerwal, maar konden worden losgetrokken en de haven worden binnengesleept.
Ernstiger was de situatie nabij de Afsluitdijk. Daar verkeerde het jacht Rietschans in nood. Drie opvarenden werden gered door een reddinghelikopter van de Marine. Een vierde, 32-jarige opvarende, was overboord gesprongen en werd niet meer gezien. Zijn lichaam werd enkele dagen later bij Medemblik gevonden.
Ronduit dramatisch was het ongemerkt vergaan van het zeiljacht Medway uit Hindeloopen met alle vier opvarenden. ’s Middags waren de lichamen van de 41-jarige moeder en haar 18-jarige dochter aangetroffen nabij de Afsluitdijk. Pas toen werd duidelijk dat zich een ramp had voltrokken. Naar de 41-jarige vader en een 14-jarige jongen die als gast mee was aan boord, werden dagenlang gezocht. Pas weken later zijn ze gevonden.
Ook zuidelijker sloeg het noodlot toe. Om 13.30 uur meldde het schip Argo, dat tussen Volendam en Enkhuizen een vrouw overboord was geslagen. De Rijkspolitie te Water startte een zoekactie. De vrouw werd pas dagen later gevonden. Tegelijkertijd waren rond het Enkhuizerzand diverse boten in nood. De reddingboot Spaanderbank voer van de ene melding naar de andere. Op het water was ook oud-reddingbootschipper Lub met zijn vissersschip. Hij assisteerde verschillende schepen of bleef stand-by.
Op het Enkhuizerzand was het jacht Fram gestrand. De schipper eigenaar was overboord geslagen, zijn vrouw werd gered door de Spaanderbank. De man werd dagen later levenloos gevonden bij Lelystad.
De reddingstations Lemmer en Urk voeren urenlang voor gestrande jachten en zoekacties naar mogelijk vermiste schepen of opvarenden. Op veel jachten werden hele gezinnen aangetroffen, die dolgelukkig waren met de hulp die geboden werd. Velen hadden doodsangsten uitgestaan in de korte maar zeer heftige storm.
Langs de Noordzeekust naar de Waddenzee
Op de Noordzee stond de zwaarste storm, maar voeren gelukkig minder schepen. Toch kwamen bijna alle reddingstations er in actie. Vaak voor noodmeldingen van schepen, maar ook voor onduidelijke meldingen over vermeende noodgevallen. Door zout, water en zand was vanaf de wal nauwelijks zichtbaar wat zich op zee afspeelde.
De reddingstations Scheveningen, Katwijk, Egmond en Callantsoog rukten uit, maar hoefden weinig te doen. De meeste schepen wisten zelf een veilig heenkomen te vinden. De reddingboot Kurt Carlsen sleepte na een lange reis de catamaran TamTam naar IJmuiden. Bij Katwijk strandde een jacht, surfers kwamen zelf veilig aan wal. De reddingboot van IJmuiden bracht een jacht met elf opvarenden veilig binnen de pieren.
Op de Hollandse en Friese meren sloegen tientallen kleine open zeilboten om of liepen vol water. Dankzij medewatersporters, die met gevaar voor eigen leven te hulp schoten, zijn heel veel mensen gered. Op het Alkmaardermeer sloeg een zeilboot om. De vijf opvarenden werden ook hier gered, maar één van hen, een 51-jarige vrouw, overleed later in het ziekenhuis.
Op de Waddenzee rookte het water
Vanuit Den Helder voeren de reddingboten Suzanna en Zeeleeuw naar verschillende schepen in nood. Evenals de reddingboot Carlot van Terschelling, de Tjerck Hiddes van Harlingen en de Gebroeders Luden van Lauwersoog. Net als van andere reddingstations meldden de bemanningen van de reddingboten dat het water af en toe “rookte” door de enorme hoeveelheden stuifwater die de storm deed opwaaien en het zicht volledig ontnam. Ernstige ongelukken bleven uit, mede dankzij het ingrijpen van de redders. Ook hier opvallend veel jachten met gezinnen en grote aantallen opvarenden. Allemaal overrompeld door het slechte weer op een dag die mooi begon.
Nasleep en lessen voor de toekomst
De storm van Hemelvaartsdag 1983 is de geschiedenis ingegaan als een ‘Kanaalrat’. Een zeer snel ontwikkelend stormveld, dat bijna onvoorspelbaar is en razendsnel via Het Kanaal naar België en Nederland verplaatst. Het KNMI analyseerde de storm uitgebreid en is er sindsdien alert op. Waarschuwingen worden tegenwoordig eerder en sneller gegeven.
Ondanks snelle berichtgeving, die tegenwoordig via social media nog vlugger gaat, is het voorkomen van ongelukken ook een zaak van de watersporter zelf. Wie de berichten niet bekijkt of beluistert en niet naar veranderende bewolking kijkt, zal nog altijd overrompeld worden.
De noodmeldingen kwamen destijds binnen bij Scheveningen Radio, die ook de communicatie onderhield met de hulpdiensten. Er werd op dat moment achter de schermen al gewerkt aan een nieuw Redding Coördinatie Centrum (RCC), dat een paar maanden later in 1983 werd geopend. Er mochten geen wonderen van worden verwacht in de afwikkeling van het chaotische aantal hulpvragen als op 12 mei 1983. De Redding Maatschappij pleitte juist voor een extra Centrale Informatiepost op de Houtribsluizen bij Lelystad, om radioverkeer in die regio te coördineren. Die informatiepost is er inderdaad gekomen. Tegenwoordig is het de Centrale Meldpost IJsselmeer. Niet voor noodgevallen, die gaan via het Kustwachtcentrum.
Ook het Kustwachtcentrum moet onder chaotische omstandigheden als in 1983 alle zeilen bijzetten. Dat bleek op 7 juni 1997, toen een bijna identieke storm als in 1983 honderden watersporters volledig verraste. Alle reddingboten die beschikbaar waren voeren uit. Vaak al uit voorzorg. Het Kustwachtcentrum droeg veel zaken en de communicatie rechtstreeks over aan de reddingboten. Alleen de meest urgente incidenten werden centraal gecoördineerd.
Goede reisvoorbereiding en zelfredzaamheid
De KNRM richt zich nu meer en meer op preventie, omdat het voorkomen van noodsituaties ook levens kan redden. Check het weerbericht tijdens het varen, let op weersveranderingen, ken je vaarroute en de vluchtroutes, draag reddingsvesten, lifelines en goede kleding.
Er zijn tegenwoordig tal van hulpmiddelen om informatie te vergaren. De marifoon is nog altijd het beste communicatiemiddel, maar onder omstandigheden als op Hemelvaartsdag is die snel overbelast. Bescherm daarom je telefoon tegen water en zorg voor een noodaccu. Ken de noodprocedures en weet hoe je je positie kenbaar maakt.
Maar boven alles: zorg dat je ervaring opdoet, je kennis niet overschat, je bemanning het schip leert besturen en weet wat ze moet doen in geval van nood.
Bronnen: Weer.nl, KNMI, De Reddingboot KNZHRM, Jaarverslagen KZHMRS