De vrijwilliger in beeld - Vincent Terpstra (48)
Naam: Vincent Terpstra
Leeftijd: 48
Beroep: Eigenaar van Pizzeria Isola Bella
Daarnaast: Bemanningslid bij KNRM Terschelling-West
“In 1998 begon ik met meevaren op de reddingboot als opstapper op proef. Pas in 2000 kreeg ik een pieper en draaide ik volledig mee. Door mijn toenmalige schoonvader die schipper was, ben ik erin gerold. Zijn verhalen over heftige reddingen, zoals van een in nood verkerende Duitse reddingboot met grondzeeën van wel 12 meter, maakten mij nieuwsgierig. Dit én de leuke verhalen spreken een jongen van begin twintig wel aan. Ondanks dat mijn maag niet erg zeevast bleek en ik veel zeeziek was, ben ik het blijven doen. Je raakt toch besmet met het KNRM-virus.
'Ik ben weleens in kokskleding bij het boothuis gearriveerd'
Tegenwoordig ben ik een van de vijf schippers op het reddingstation. We delen evenveel verantwoordelijkheid en dat komt mij heel goed uit. Ik ben gescheiden en zorg drie dagen per week voor mijn drie jongste kinderen van 8, 7 en 5 jaar. Die dagen ben ik niet inzetbaar, want stel dat mijn pieper gaat tijdens zwemles! Mijn werk voor de KNRM en het restaurant combineert prima. Een aantal bemanningsleden is leerkracht, dus ben ik overdag beschikbaar en zij ’s avonds. Vroeger was ik fulltime kok en stond ik bij een alarmering weleens in mijn kokskleding bij het boothuis, samen met mijn toenmalige ober. Nu sta ik voorin de zaak en kan ik meer mijn eigen tijden bepalen. Mijn personeel steunt mijn vrijwilligerswerk en vangt mijn werk op als ik een keer word weggepiept.
De laatste tijd hebben we een aantal zeer heftige reddingsacties gehad die ook mentaal wat met je doen. Ik heb daarom een paar weken rust genomen. Maar de liefde voor de KNRM blijft.”
Naam: Vincent Terpstra
Leeftijd: 48
Beroep: Eigenaar van Pizzeria Isola Bella
Daarnaast: Bemanningslid bij KNRM Terschelling-West
“In 1998 begon ik met meevaren op de reddingboot als opstapper op proef. Pas in 2000 kreeg ik een pieper en draaide ik volledig mee. Door mijn toenmalige schoonvader die schipper was, ben ik erin gerold. Zijn verhalen over heftige reddingen, zoals van een in nood verkerende Duitse reddingboot met grondzeeën van wel 12 meter, maakten mij nieuwsgierig. Dit én de leuke verhalen spreken een jongen van begin twintig wel aan. Ondanks dat mijn maag niet erg zeevast bleek en ik veel zeeziek was, ben ik het blijven doen. Je raakt toch besmet met het KNRM-virus.
'Ik ben weleens in kokskleding bij het boothuis gearriveerd'
Tegenwoordig ben ik een van de vijf schippers op het reddingstation. We delen evenveel verantwoordelijkheid en dat komt mij heel goed uit. Ik ben gescheiden en zorg drie dagen per week voor mijn drie jongste kinderen van 8, 7 en 5 jaar. Die dagen ben ik niet inzetbaar, want stel dat mijn pieper gaat tijdens zwemles! Mijn werk voor de KNRM en het restaurant combineert prima. Een aantal bemanningsleden is leerkracht, dus ben ik overdag beschikbaar en zij ’s avonds. Vroeger was ik fulltime kok en stond ik bij een alarmering weleens in mijn kokskleding bij het boothuis, samen met mijn toenmalige ober. Nu sta ik voorin de zaak en kan ik meer mijn eigen tijden bepalen. Mijn personeel steunt mijn vrijwilligerswerk en vangt mijn werk op als ik een keer word weggepiept.
De laatste tijd hebben we een aantal zeer heftige reddingsacties gehad die ook mentaal wat met je doen. Ik heb daarom een paar weken rust genomen. Maar de liefde voor de KNRM blijft.”