Zeiljacht gezonken in Workum
Als Wilhelmine van den Brink uit Rotterdam haar verhaal vertelt over de redding van haar gezin, komt er een ietwat technisch relaas, waaruit blijkt dat zij de zaak, ondanks een vol gelopen zeiljacht, onder controle had. Totdat ze zichtbaar ‘breekt’.
“Ik denk dat ik nog steeds ontken dat wij gered zijn uit een voor ons uitzichtloze situatie”. En al snel daarna wisselt ze weer van onderwerp. “Wat de meeste indruk op mij gemaakt heeft, is de volledige onbaatzuchtigheid van de reddingbootbemanning…”
Water in de kajuit
Als Wilhelmine, Jos en hun twee kinderen (8 en 7 jaar) met hun 5,5 meter lange zeiljacht in de smalle vaargeul voor Workum varen, meldt hun dochter zich. “Zij riep dat er water in de kajuit stond. Vanachter het roer keek ik naar binnen en zag direct dat het goed mis was: het water klotste van de ene naar de andere kant”.
Een ronddrijvend voorwerp had een gat in de romp geslagen. Jos belde tot twee keer toe 112, maar kreeg geen antwoord. Dus bleef hij de melding herhalen, in de hoop dat de ander hem wel verstond. “Die onzekerheid was slopend. We hadden een noodmelding uitgezonden, maar hadden geen idee of er ook daadwerkelijk iemand zou komen”. Uiteindelijk duurde het wachten een kwartier. “In mijn ooghoeken zag ik de reddingboot aan komen stuiven en riep mijn gezin toe dat het goed zou komen. Een paar minuten later kwam de Alida langszij en haalden voor mij wildvreemde kerels mijn kinderen van boord…” Wilhelmine stopt met praten. De opluchting over de redding van haar kinderen emotioneert zichtbaar. “Niet veel later staan ook Jos en ik op de reddingboot. Van ons bootje blijft uiteindelijk weinig over”.
KNRM helpt
Wilhelmine en haar gezin zijn gered. Toch had deze zeiltocht ook heel anders kunnen aflopen. Het gezin was voor alarmering afhankelijk van de mobiele telefoon, zoals dat voor de meeste watersporters geldt. Vaak wordt dan het algemene noodnummer 112 gebeld. In dit geval ook, echter Jos krijgt de centralist niet te spreken. Het is onduidelijk of er telefonische verbinding is (geweest). Jos blijft zijn situatie herhalen, maar de onzekerheid of er daadwerkelijk hulp onderweg is, is slopend voor het jonge gezin.
Wat als de familie de KNRM helpt app had gebruikt?
Dan had Jos de noodknop van de App gebruikt. Hij was direct telefonisch bij de Kustwacht uitgekomen (in plaats van bij de algemene meldkamer 112). Had hetzelfde probleem met de telefoonverbinding zich voorgedaan, dan had het gezin tóch zeker kunnen zijn van het feit dat hun noodmelding, inclusief actuele positie, bij de Kustwacht was binnengekomen. Dat had Jos, Wilhelmina en de kinderen bange momenten gescheeld. Om deze reden kan in zijn algemeenheid kan worden gesteld dat melden via KNRM Helpt veel meer zekerheid geeft dan uitsluitend een telefonische verbinding. Als vanzelfsprekend is het de bedoeling dat de melder via KNRM Helpt een centralist aan de lijn krijgt aan wie hij zijn probleem kan doorgeven. Echter, lukt dat om technische reden niet, dan geeft het automatisch doorsturen van de noodmelding (mét actuele positie) veel extra zekerheid.