Skip to main content

1949

Zaterdag 17 december 1949 was heel Stellendam in diepe rouw. Al de hele week was het onstuimig en vrijdag de 16e verslechterde het weer enorm. Willem de Jager lag op dat moment in het ziekenhuis voor een operatie en Bas de Blok verving hem. Zijn zoon Han, al sinds zijn 20e stuurman/opstapper op de reddingboot, werd door zijn vader gevraagd mee te varen als dit nodig was. Rond 8 uur ’s avonds moest de boot varen en Han en zijn vader gingen mee. Leen de Jager had de motoren al gestart en ook Klaas Roon, de 2e machinist, was al aan boord. Verder gingen mee: Heb Grootenboer (die zijn broer Kees verving) Marien van Soest en Bram Troost.

Het bleek te gaan om een schip in nood op de Noord Steenbank. Het Zweedse stoomschip “Aslog”, was in een zware storm met windkracht 11 tot 12 terechtgekomen. Er werden 3 reddingboten op af gestuurd, de “President Wierdsma” uit Breskens, de “Maria Carolina” uit Veere en de “koningin Wilhelmina” uit Stellendam. De boten uit Breskens en Veere waren rond middernacht bij het Zweedse schip, maar die had nog geen hulp nodig. De boot uit Veere ging terug naar station en de boot van Breskens bleef bij het schip. Men vond het wel vreemd dat de “koningin Wilhelmina”, maar niet op kwam dagen. Deze voer richting Slijkgat met zware golven en een minimaal zicht. Regelmatig sprong de boot uit het water en klapte daarna met de onderkant in de zee. Rond kwart voor 1 ’s nachts bereikte men de uiterton “Brammetje”. Ineens zag schipper Bas de Blok lichten van een schip aan stuurboord. Bas wilde vaart minderen om bij het schip te gaan kijken of deze hulp nodig had, toen er plotseling een enorme muur van water op de stuurboordkant van het schip aankwam. De boot werd op haar kant gegooid, maar door haar zelfrichtend vermogen kwam deze weer overeind. Het bleek al snel dat het open stuurhuis waar de Blok en Grootenboer stonden, leeg was. De beide mannen hadden geen reddingsvest aan en waren in de kolkende zee niet te zien. Leen de Jager, Klaas Roon en Marien van Soest bleven in de stuurhut om naar de drenkelingen te zoeken. Na drie kwartier zoeken in de monding van het Slijkgat besloot men het zoeken te staken en tot de andere ochtend te wachten. Op bevel van Marien van Soest nam Han de Blok de bediening van de bakboordmotor over. Van Soest had na overleg met de anderen besloten op zee te blijven en het daglicht af te wachten en daarna verder te gaan zoeken. Omdat de antenne van de radio was afgebroken was het onmogelijk om contact met de wal op te nemen. Rond half 11 de volgende morgen was er nog geen drenkeling gevonden en werd besloten om naar de Berghaven in Hoek van Holland te varen, waar ze tegen 1 uur die middag aankwamen.

Intussen was het op de Molenkade in Stellendam zwart van het volk geworden omdat het ergste werd gevreesd. Rond het middaguur belde Dirk de Jager resoluut Aren Brinkman in Hoek van Holland en kreeg daarvan voorzichtig te horen dat de reddingboot in de Berghaven lag en er 2 mensen werden vermist. Op agent van de Brink ruste de zware taak om de beide families in te lichten. Later die zondagmiddag kwamen de overgebleven bemanningsleden van de “koningin Wilhelmina” per taxi terug naar Stellendam. Niet alleen de familie rouwde, maar heel Stellendam. Ook geschokt was men op het Zweedse schip “Aslog”. Men gaf geld voor de achtergebleven weduwen en ook de rederij liet zich niet onbetuigd. De Zweedse regering stelde 10.000 Kronen beschikbaar voor de opvoeding van de kinderen. De Zweedse reddingsmaatschappij verleende postuum aan Bas de Blok en Heb Grootenboer haar zilveren reddingsmedaille, terwijl aan de 3 boten die aan de redding hadden meegedaan een zilveren plaquette met inscriptie werd uitgereikt. Die werden begin maart 1950 uitgereikt door de Zweedse gezant In het voorjaar van 1950 spoelde het stoffelijk overschot van Bas de Blok aan op het Duitse eiland Sylt. Eerst kon hij niet worden geïdentificeerd en werd hij op het eiland begraven. Aan de hand van een in een zak gevonden vissersbriefje wist men de naam te achterhalen. Door bemoeienis van de Reddingsmaatschappij en de Zweedse gezant werd hij, onder grote belangstelling op 13 februari 1951 in Stellendam begraven. Het stoffelijk overschot van Heb Grootenboer is nooit gevonden. Zoon Han de Blok werd op 1 april 1975 schipper op de “koningin Juliana” in Hoek van Holland.

KNRM reddingstation Stellendam

Gerelateerd nieuws

Nieuwsbrief

ALTIJD ALS EERSTE OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE NIEUWS?

Download de KNRM Helpt app

MET DE KNRM HELPT APP BEREIKT U ONS ALTIJD EN OVERAL

Met één druk op de knop alarmeert u het dichtstbijzijnde reddingstation. Altijd veilig het water op? Download de KNRM Helpt App.

Word donateur

MET DE KNRM HELPT APP BEREIKT U ONS ALTIJD EN OVERAL

Met één druk op de knop alarmeert u het dichtstbijzijnde reddingstation. Altijd veilig het water op? Download de KNRM Helpt App.

Deel dit bericht

Mis de boot niet!
Schrijf je nu in voor de KNRM nieuwsbrief

Maandelijks houden we je op de hoogte van alle nieuwtjes, evenementen en bijzondere acties van de KNRM en onze reddingstations. Je kunt je op ieder moment weer afmelden.