Een kijkje in een boothuis

Boothuizen van de KNRM zijn allemaal verschillend, maar hun functie is overal hetzelfde. Er staat reddingmaterieel klaar om te vertrekken als het alarm gaat. En de bemanning kan er samenkomen voor een overleg of een oefenavond. Elk boothuis heeft soortgelijke kamers met dezelfde functies. Loop je even mee?

01. Elk boothuis heeft een voordeur. Daar kom je binnen als de grote deur nog gesloten is.

02. Voor de opslag van brandbare stoffen, zoals verf en oplosmiddelen, is er een geventileerde veilige ruimte.

03. In de werkplaatshoek kunnen kleine reparaties worden uitgevoerd. Er is een wasbak en water voor de schoonmaak van reddingboot en voertuigen.

04. Elk boothuis heeft een vaste plek voor de oudredders van het reddingstation. Zij vertellen je de stoere verhalen van vroeger en van gisteren.

05. Aan de muren hangen herinneringen aan vroeger. Reddingsboeien, wrakstukken van gestrande schepen en foto’s. Vraag de oud-redders maar naar de verhalen die erbij horen.

06. In het bemanningsverblijf komen de vrijwilligers bij elkaar na een reddingsactie. Hier worden ook de geredden opgevangen. Er is koffie, thee en wat sterkers. Er wordt vergaderd, lesgegeven en soms een feestje gevierd. Het hangt er vol met foto’s en herinneringen.

07. In de keuken kunnen warme en koude dranken en gerechten worden gemaakt. En natuurlijk wordt er na afloop afgewassen. Meestal door de vaatwasser.

08. In de bijkeuken doen de redders zelf de was. Hier worden de droge handdoeken en de keukenvoorraad bewaard.

09. Wie hoge nood heeft kan terecht op het toilet.

10. Om het boothuis netjes te houden, wordt al het kleine materieel opgeborgen in het materiaalhok.

11. De warme douche is er vooral voor geredden. Maar ook een redder kan zich er wassen en opwarmen na een langdurige reddingsactie.

12. Voor de bemanning van het kusthulpverleningsvoertuig is er een kleedruimte met hun uitrukkleding. Jassen, broeken en laarzen staan er klaar voor gebruik.

13. Voor de reddingbootbemanning hangen de overlevingspakken klaar. Een speciale droger blaast lucht in elk pak, zodat het droogt voordat het volgende alarm gaat. In de kledingkastjes bewaart elke vrijwilliger een setje droge kleren.

14. Bij de kleedruimte hangt een monitor waarop te zien is welke vrijwilligers na een alarm onderweg zijn naar het boothuis.

15. Voor de reddingboot is er een kleine hoeveelheid reservebrandstof om te kunnen bijtanken voor een volgend alarm.

16. Op de bovenverdieping is een vergaderruimte beschikbaar als het bemanningsverblijf in gebruik is voor andere gesprekken of voor de opvang van geredden.

17. De reddingboot ligt in een boothuis droog en beschermd. Dat scheelt veel in het onderhoud. De boten gaan daardoor heel lang mee.

18. De reddingboot staat op een bootwagen, die de boot kan optillen om ermee naar zee te rijden.

19. Een waterdichte tractor trekt bootwagen en reddingboot met het grootste gemak naar het strand. Daar duwt de tractor de bootwagen in zee en wordt de reddingboot te water gelaten. Samen wegen ze meer dan 30 ton.

20. Het kusthulpverleningsvoertuig staat in het boothuis klaar om uit te rukken. Als de reddingboot moet varen rijdt de walploeg met de truck mee met naar het strand om te helpen bij de lancering.

21. Voor de truck is er een aparte garagedeur om snel weg te kunnen.

22. Wanneer de grote boothuisdeur open staat, weet je dat er iets te doen is in het boothuis. Misschien is er net alarm of zijn ze net terug van een actie. Vraag het gerust aan één van de aanwezige vrijwilligers. Als er alarm is zijn ze snel weg, maar als ze tijd hebben is er altijd een mooi verhaal te halen.