Martin Gaus leidt zeehonden op voor het redden op zee

De Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) gaat zeehonden opleiden voor het zoeken en redden van drenkelingen op zee. Hondenkenner Martin Gaus zal met de zeehonden aan de slag gaan om hen de kneepjes van het zoeken bij te brengen. “De eerste ervaringen zijn positief, zeehonden hebben een uitstekend reukvermogen wat van pas komt bij het zoeken naar drenkelingen”, aldus Gaus.

Jaarlijks redt de KNRM met 1.400 vrijwilliger ruim 3.800 mensen uit benarde situaties op en rond het water. De zomer komt er weer aan, dat betekent dat de reddingbootbemanningen weer veelvuldig zullen worden opgeroepen om in actie te komen voor het redden van mens en dier. Om de vrijwilligers bij het zoekwerk naar drenkelingen te helpen, is nu een pilot gestart voor het opleiden van zeehonden. Uiteindelijk worden zeehonden bij grootschalige en langdurige reddingsacties vanaf reddingboten ingezet voor het zoeken naar drenkelingen en slachtoffers.

Uniek in Nederland
Bij redding- en speurwerk op het land wordt al jarenlang gebruik gemaakt van honden voor het verrichten van speurwerk. Maar nog niet eerder zijn in Nederland zeehonden ingezet als hulpdier.
De zeehonden die voor het trainingsproject gebruikt worden, zijn van origine wilde zeehonden, die door ziekte of verwondingen in Nederlandse zeehondencentra terecht zijn gekomen. Een aantal van deze zeehonden zijn na hun revalidatie ‘gescout’ om mee te werken aan het intensieve opleidingstraject.

Natte neuzen
Martin Gaus: “Ik vind het een eer dat de KNRM mij heeft gevraagd. Ik heb natuurlijk meer dan 40 jaar ervaring met het trainen van honden. En of dat nou zeehonden of gewone honden zijn maakt mij niets uit. Ze hebben tenslotte allemaal natte neuzen.” Gaus heeft speciaal voor de zeehonden een pilot ontwikkeld die rekening houdt met de leefomgeving van de dieren: “Een hondenfluitje hoef ik niet te gebruiken, dat horen de zeehonden niet onderwater.” Donderdag 22 juni worden de resultaten gepresenteerd.