KNRM Breskens verder zonder beroepsschipper
Het KNRM reddingstation in Breskens gaat vanaf heden definitief verder als volledig vrijwilligersstation nadat er besloten is geen nieuwe beroepsschipper aan te nemen. Hiermee komt een einde aan een periode van 80 jaar waarin de bemanning van KNRM reddingstation Breskens geleid werd door een betaalde schipper.
Na het vertrek van de laatste beroepsschipper in oktober 2020, was het reddingstation genoodzaakt om verder te gaan met alleen vrijwillige plaatsvervangende schippers. Een uitdaging, aangezien het een kleine groep betrof en er 24 uur per dag, 365 dagen per jaar met reddingboot Zeemanshoop uitgevaren moet kunnen worden na alarmering. Om toch aan deze inzetbaarheid te kunnen voldoen zijn er meer bemanningsleden opgeleid tot plaatsvervangend schipper. In de toekomst zal hier nog een plaatsvervangend schipper aan toegevoegd worden. Hiermee heeft KNRM reddingstation Breskens genoeg capaciteit om verder te kunnen gaan als volledig vrijwilligersstation.
Aanstelling Schipper
Vanwege het besluit om verder te gaan als vrijwilligersstation is Rino van Voren, reeds 14 jaar vrijwilliger waarvan 7 jaar plaatsvervangend schipper, officieel aangesteld tot Schipper van het reddingstation. In deze rol is Rino operationeel verantwoordelijk voor het reddingstation en het aanspreekpunt voor de bemanning, plaatselijke commissie en de operationeel inspecteur.
Rino: “Alle vrijwilligers van ons reddingstation hebben een enorme veerkracht getoond nadat er twee keer kort na elkaar een beroepsschipper wegviel. Met veel enthousiasme is alles opgepakt en hebben we laten zien dat we goed in staat zijn om de reddingboot van Breskens 24/7 operationeel te houden. Ik ben ongelofelijk trots en vereerd dat ik de kans krijg om dit succes samen met alle vrijwilligers verder voort te zetten.”
81 jaar reddingstation
KNRM reddingstation Breskens is in 1940 opgericht en bestaat al 81 jaar. Sinds 2000 wordt er gevaren met reddingboot Zeemanshoop. De bemanning, bestaande uit 23 vrijwilligers, wordt jaarlijks gemiddeld 50 a 60 keer ingezet voor het verlenen van hulp op zee aan mens en dier.
