1920
Bij de oprichting van de KNRM in 1824 stonden de Waddenzee en de Zuiderzee niet als werkterrein in de oprichtingsakte. Terwijl bij elke westerstorm ook in die gebieden zeilschepen in nood raakten. Pas na 1910 werden de eerste reddingstations in Harlingen, Hindeloopen en Gaast toegevoegd aan de KNRM.
Toen in 1918 een schip in nood verkeerde tussen Kuinre en Lemmer slaagde een toevallig passerende sleepboot erin de zeven opvarenden met moeite te redden. Een volgende scheepsramp liep slechter af: Omdat er geen hulp kwam opdagen eiste het ongeluk, drie mijl buiten de haven, acht slachtoffers. Voor de gemeente Lemmer was dit aanleiding om de Redding Maatschappij te verzoeken de Zuiderzeeplaats als reddingstation in haar organisatie op te nemen. In antwoord daarop kreeg Lemmer in 1919 alvast een roeireddingboot in bruikleen; in 1920 werd Lemmer een officieel reddingstation.